Klant

Een stichting die winkelruimte verhuurt en een bouwmarkt die deze winkelruimte van de stichting huurt.

Situatie

De stichting verhuurde op een A-locatie in het centrum van een Noord-Hollandse gemeente winkelruimte aan de bouwmarkt. Zowel de stichting als de bouwmarkt werden benaderd door een supermarktconcern met een voorstel om deze winkelruimte voor de komende 30 jaar te huren. Met het oog op de komst van de supermarkt zou de winkelruimte
grootscheeps moeten worden verbouwd. Hierbij zou onder meer een condensor worden geplaatst op het dak van de winkelruimte. De VvE diende hiervoor toestemming te verlenen, aangezien de winkelruimte deel uitmaakte van een appartementencomplex met woningen en het dak gemeenschappelijk eigendom was. Voor de eigenaren van de bouwmarkt zou de komst van de supermarkt betekenen dat zij de exploitatie van hun bedrijf in het gehuurde zouden moeten beëindigen. Daarbij zouden niet alleen de arbeidsovereenkomsten met hun werknemers moeten worden afgewikkeld, maar zouden zij ook tot een vergelijk moeten komen met de franchiseorganisatie. De
franchiseovereenkomst liep namelijk nog een aantal jaren door.

Van Eijk Advocatuur

De stichting en de bouwmarkt hadden een gezamenlijk belang bij de komst van de supermarkt. Om die reden verzocht de stichting ons om met het supermarktconcern in
onderhandeling te treden over de huurovereenkomst. In opdracht van de bouwmarkt hebben wij bovendien onderhandeld over de vastlegging van de afspraken met het supermarktconcern, die de bouwmarkt een “vertrekpremie” in het vooruitzicht stelde. Daarnaast diende de huurverhouding tussen de stichting en de bouwmarkt te worden
afgewikkeld.

Tegelijkertijd voerde de bouwmarkt zelf onderhandelingen met de franchiseorganisatie over de beëindiging/afkoop van de franchiseovereenkomst, waarbij Van Eijk Advocatuur de bouwmarkt over de juiste tactiek heeft geadviseerd. Parallel aan deze onderhandelingen adviseerde een arbeidsrechtspecialist uit ons netwerk, mr. Stella Willebrands van Waarding Advocatuur, de bouwmarkt over de beëindiging van de arbeidsovereenkomsten. Simultaan zijn wij in overleg getreden met de eigenaren van de woningen in het
appartementencomplex, die vreesden voor geluidsoverlast als gevolg van de condensor op het dak van de supermarkt. In de aanloop naar de VvE-vergadering heeft Raadgevend Ingenieursbureau Metz B.V. op ons initiatief een akoestisch geluidsonderzoek uitgevoerd waaruit bleek dat de geluidsbelasting aan de normen voldeed. Uiteindelijk stemde de VvE positief over de komst van de supermarkt. Op meerdere fronten werden dus onderhandelingen gevoerd met een breed palet aan stakeholders met ieder hun eigen belangen en zorgen. Het bewaren van overzicht en afstemming van de tactiek in de verschillende onderhandelingsprocessen was cruciaal, mede gelet op de door het supermarktconcern gestelde deadline voor de realisatie van de nieuwe supermarkt.

Resultaat

Met oog voor de belangen van zowel de stichting als de bouwmarkt én de appartementseigenaren wist mr. Björn van Eijk grip te houden op de onderhandelingen met alle betrokken partijen. Dit resulteerde in een solide contractuele basis voor de vestiging van de supermarkt en de beëindiging van de exploitatie van de bouwmarkt in de winkelruimte, waarbij de belangen van de bewoners van het appartementencomplex zijn gewaarborgd. De stichting is hierdoor gedurende de komende 30 jaar verzekerd van continuïteit van de verhuur van de winkelruimte. De eigenaren van de bouwmarkt hebben hun bedrijf op een financieel gunstige wijze kunnen beëindigen en in harmonie afscheid kunnen nemen van hun werknemers.